Een nieuwe technologie binnen de geneesmiddelenbereiding kan ervoor zorgen dat patiënten straks medicatie op maat krijgen.

Op een afdeling van het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC) die alleen mag worden betreden met haarnet en plastic hoesjes om de schoenen, staat een kunststof box waarnaar apothekers in heel Nederland vol verwachting kijken.

Middelbare scholieren zullen in de doos snel een 3D-printer herkennen. In apotheken binnen en buiten ziekenhuizen is dat niet het geval. Terwijl juist daar de 3D-printer zich nuttig kan maken. Commerciële fabrikanten maken geneesmiddelen voor de massa. Dat sluit niet altijd aan bij de behoefte van patiënten. De een heeft een afwijkende dosis nodig, de ander een afwijkend formaat.

Drankje is bitter

Jonge kinderen bijvoorbeeld. “De meeste medicijnen zijn ontworpen voor volwassenen”, zegt Kirsten Schimmel, apotheker en hoofd van de sectie bereidingen bij het LUMC. “De dosering is dan te hoog en je kunt een tablet niet zo klein maken, dat je zeker weet dat je de goede dosis aan een kind geeft. Wat we nu vaak doen is een drankje maken.”

Een drankje is makkelijker te doseren, maar smaakt niet zo lekker: je proeft eerst aardbei of drop, maar de nasmaak is bijna altijd bitter. Dat vergeten kinderen niet. Schimmel: “We hebben een drankje tegen te hoge bloeddruk, maar zelfs kinderen van anderhalf jaar spugen dat uit.”

Zo klein mogelijk

Het RIVM heeft eerder al onderzoek gedaan naar hoe je jonge kinderen het beste medicijnen kunt toedienen. Geef ze een tabletje, was de conclusie. En daarvoor is de 3D-printer uitermate geschikt. “We willen de tabletjes zo klein mogelijk maken”, zegt Schimmel. “Nu zijn ze 7 mm. De tabletjes voelen aan als kaarsvet.”

Op deze manier medicijnen op maat maken, is nieuw binnen de geneesmiddelenbereiding. Het past volgens Schimmel bij het LUMC, omdat in Leiden onderzoekers werken aan gepersonaliseerde medicatie. “We kijken bijvoorbeeld naar genetische profielen om zo de juiste medicatie voor een specifieke patiënt te produceren. Zo’n individuele pil kan niet op grote schaal worden geproduceerd. Maar wel op kleine schaal met een 3D-printer.”

Laagje voor laagje

De techniek achter de tablettenprinter is volgens Schimmel in de kern best eenvoudig. In de metalen spuit zit een stof die door verwarming vloeibaar wordt, waarna de printer laagje voor laagje de tabletten opbouwt. Als het zo eenvoudig is, waarom heeft dan niet elke apotheek al jaren geleden een 3D-printer aangeschaft? Omdat de stoffen in de metalen spuit wel stabiel moeten zijn, legt Schimmel uit. In vloeibare stoffen kan bezinksel neerslaan. Gebeurt dat, dan krijgt het ene tabletje weinig van een bepaalde stof en het andere juist heel veel. Ook is de perfecte vorm nog niet gevonden. Daarvoor wil het LUMC dit jaar gebruiken, zodat het volgend jaar de tabletten aan patiënten kan geven.

Schimmel verwacht dat na de testen in het LUMC ook andere apothekers de 3D-printer omarmen. Tegenwoordig maakt een klein deel van de apotheken nog zelf medicijnen. De printer kan dat bijna vergeten ambacht nieuw leven inblazen. “Dat veel apotheken niet meer zelf bereiden, komt onder meer doordat de kwaliteitseisen hoog zijn en de faciliteiten die je moet onderhouden niet voor iedereen financieel haalbaar zijn”, zegt Schimmel. “Daarbij heeft niet iedereen meer de vaardigheden om een drankje of capsules te maken. Ik denk dat zo’n printer eigen bereiding weer toegankelijker maakt. Je koopt een cartridge, die doe je in de machine en dan krijg je er tabletten uit.”


Bron: Trouw.nl, Marco Visser | 18 januari 2020, 1:00 

Lees verder
Relevante nieuwsberichten