Overexpressie van humane epidermale-groeifactorreceptor type 2 (HER2) is niet langer een ongunstige prognostische factor voor patiënten met gemetastaseerd mammacarcinoom. Vóór de introductie van gerichte behandeling – vanaf 1998 met trastuzumab en sinds 2007 ook lapitinib – was dat nog wel het geval.   Dat blijkt uit een overlevingsanalyse van 798 patiëntes uit 8 ziekenhuizen in zuidoost Nederland bij wie tussen 2007 en 2009 gemetastaseerd mammacarcinoom werd ontdekt (Breast Cancer Res Treat 2013;141:507-14).   Dorien Lobbezoo (MUMC) en collega’s legden van alle patiënten onder meer het metastasevrije interval, de plaats van de eerste metastase en de hormoonreceptor- (HR) en HER2-status van de primaire tumor vast. De mediane follow-up was bijna 2 jaar. Aan het einde van deze periode was 36,8% van de patiënten nog in leven.   Verreweg de meeste patiënten hadden een tumor met receptorstatus HR+/HER2- (66%), gevolgd door receptornegatieve tumoren (15%), HR+/HER2+ (11%) en HR-/HER2+ (8%). Patiëntes met HR+/HER2+-tumoren overleefden het langst: mediaan 34,4 maanden, receptornegatieve patiënten (HR-/HER2-) het kortst: 8,8 maanden mediaan. Bij HR-positieve tumoren metastaseerde het mammacarcinoom het vaakst eerst ossaal, bij de andere subtypen juist visceraal en naar meerdere plaatsen tegelijk. Het metastasevrije interval was mediaan langer dan 2 jaar, behalve bij de receptornegatieve tumoren.   In multivariate analyse waren ook een lagere leeftijd bij de ontdekking van de primaire tumor, een langer metastasevrij interval en een gunstigere plaats van eerste metastase geassocieerd met een betere overleving. Ook na correctie voor deze variabelen bleef een HER2-positieve status een significante gunstige prognostische factor met een hazardratio van 0,64 (95%-BI: 0,45-0,92) voor sterfte bij een HR+/HER2+-tumor, vergeleken met HR+/HER2-.   Bron: www.ntvg.nl, door Esther van Osselen (Ned Tijdschr Geneeskd. 2013;157:C1938
Lees verder
Relevante nieuwsberichten